Joodse symbolen: Tefillien


Het Sjema gebiedt ons ook om de woorden ervan op onze handen en tussen onze ogen te binden. Wij doen dit door tefillien te leggen, dat wil zeg-gen, door op onze linker arm (wie linkshandig is bindt het rechts) en voorhoofd een leren doosje te binden met behulp van leren riemen. In die doosjes zitten hele kleine rolletjes perkament met gedeelten uit Tora.

Het woord ‘tefillien’ wordt in het Nederlands gewoonlijk vertaald met ‘gebedsriemen’. Dit is eigenlijk geen goede vertaling want de tefillien zijn de huisjes en niet de riemen. Die dienen alleen om ze vast te binden. Maar er bestaat geen beter Nederlands woord. Tefillien zijn zeer beslist geen geluk brengende amuletten, zoals vaak beweerd wordt, maar dienen, net als de mezoeza, om ons dagelijks te herinneren aan God en Zijn mitswot en om die lief te hebben. Het woord tefillien is afgeleid van het stamwoord PaLaL [Pee-Lamed-Lamed], dat gebed of rechtspraak betekent.

Tijdens het ochtendgebed op werkdagen wordt één huisje op de bovenarm gebonden en het andere op het voorhoofd. Passende zegen (Hebreeuws:Beracha, meerv.:Berachot) worden gezegd bij het ombinden. Na afloop van de ochtenddienst worden ze weer afgelegd en zorgvuldig opgeborgen in speciaal daarvoor bestemde doosjes.

Net als de rolletjes in de mezoeza moeten ook de rolletjes in de tefillien met de hand zijn geschreven in het speciale schrift waarmee ook de mezoeza en een Tora-rol wordt geschreven. Een kosjer stel tefillien kost al gauw een paar duizend Euro, maar wanneer er goed voor gezorgd wordt, gaan ze een leven lang mee.